Omvormers
Omvormers
Om licht naar stroom om te zetten zijn omvormers en elektriciteitskabels nodig. De zonnecellen zetten namelijk licht om naar spanning waarna deze door de omvormer wordt omgezet in wisselstroom (230 volt). De kabels zorgen voor het transport naar het elektriciteitsnet.
Een omvormer zorgt ervoor dat de gelijkspanning die door de zonnepanelen zijn opgewekt, wordt omgezet in een wisselspanning. De omvormer is het hart van de zonne-installatie en mede bepalend voor het eindresultaat. De omvormer zorgt er voor dat de opgewekte stroom in fase is met de stroom van het net en daar dus precies op aansluit. In combinatie met een teruglopende stroommeter is het mogelijk de teveel opgewekte stroom aan het elektriciteitsnet te leveren. Dit kan voor kleinverbruikers onbeperkt voor dezelfde prijs als de stroom bij de stroomleverancier wordt ingekocht.
De keuze van de te gebruiken omvormer(s) is geheel afhankelijk van het vermogen van de zonne-installatie en dient daar dus geheel op te zijn afgestemd.
Een omvormer heeft een rendement van 90% tot 99%, hoe hoger het rendement des te beter de opbrengst is. Hoe lager de ingangsspanning is, des te hoger het rendement van de omvormer zal zijn. Het rendement neemt echter sterk af bij laag vermogen, oftewel op momenten dat het bewolkt is. Veel omvormers zijn gevoelig voor hoge omgevingstemperaturen. Bij temperaturen boven 35°C kan dit ook gevolgen hebben voor het uiteindelijke rendement.